Wat was de vraag ook weer, ChatGPT?

Alleen wie de laatste twee maanden onder een steen leefde kan de tomeloze opmars van ChatGPT ontgaan zijn. Dit is artificiële intelligentie die het begrip hype herdefinieert. Scholieren gebruiken het kennelijk al massaal voor hun huiswerk en vallen prompt door de mand met opstellen zonder belabberde grammatica en spelfouten. Iedereen heeft het erover, dus ik ben rijkelijk laat. Commentaren lopen uiteen van techno-euforisch, stoïcijnse berusting tot lichte paniek over de toekomst van onze banen en het lot van de mensheid in het algemeen. Ik heb geen glazen bol, maar mijn onderbuik zegt me dat onze baan als ontwikkelaar veilig is. Voorlopig dan.

Dankzij mijn achtergrond in taalkunde en korte carrière als vertaler was ik altijd al geïnteresseerd in automatische vertaling. Maar ik ben nog steeds allesbehalve onder de indruk van de huidige state of the art. De computer slaat de plank nog te vaak finaal mis. Dat hoeft niemand te verbazen. Perfecte beheersing voor mensentaal door een machine is de heilige graal van kunstmatige intelligentie, en niet de zelfrijdende auto. Als die net zulke flaters sloegen als Google Translate zouden ze elkaar voortdurend in de prak rijden op het testcircuit.

Zeesluis van IJmuiden

De intuïtie van de moedertaalspreker voor wat wel of niet een betekenisvolle zin is hoef je niet op school te leren. Daarmee begin je al als baby. Scholen zijn een relatief nieuwe uitvinding in de geschiedenis van de mensheid, en toch konden we elkaar al tienduizenden jaren prima verstaan – binnen hetzelfde dorp, dat wel. Dit vermogen ligt aan de basis van onze natuur. We zijn gemaakt om te praten. Het brein kent geen duidelijke scheiding in software en hardware, en dat maakt mensentaal enorm lastig te vangen in algoritmes.

Continue reading

Practice What You Preach

Gepubliceerd in SDN Magazine nr 145, dec 2022

Deze column gaat over de waarde van het programmeren als ambacht. Ook voor managers is het belangrijk daar voeling mee te blijven houden. Maar ik begin met een muziekvoorbeeld. Wijlen Steve Jobs was geen programmeur of ontwerper maar zag zich graag als de dirigent die het beste uit zijn orkest haalde. Of perste, als je zijn biografie leest. Als Apple het New York Philharmonic was, dan had Jobs wel wat van sterdirigent Leonard Bernstein, net zo berucht om zijn temperament.

Uitvinder en uitvoerder waren van oudsher dezelfde persoon. Wat componisten als Mozart en Chopin bedachten konden ze zelf ook virtuoos uitvoeren. Maar om hun orkestwerken voor vijftig of meer muzikanten in goede banen te leiden was een nieuwe functie nodig: die van dirigent, tegenwoordig een volwaardige masterstudie. Dirigenten bespelen ook wel een instrument, maar meestal niet op hetzelfde topniveau als de muzikanten die zij muzikaal leiden. Qua vakmanschap zijn de vereisten voor beide beroepen even hoog, maar maatschappelijk waarderen we ze wel degelijk anders. Wie leiding geeft of de grote lijnen uitzet staat hoger op de ladder, met overeenkomstig salaris.

Continue reading

Agile 2: meer dan een upgrade

(Deze tekst verscheen eerder in SDN magazine)
De zeventien deelnemers hadden vast niet voorzien hoe succesvol hun gezamenlijke brainstorm in februari 2001, samengevat in het Agile Manifesto, zou uitpakken. Voor het gangbare denken over softwareontwikkeling was deze heisessie van ongekende invloed. Scrum zag het licht al in 1995, maar liftte handig mee op het succes van Agile en is er nu bijna synoniem mee geworden. Veel jonge ontwikkelaars hebben nooit iets anders meegemaakt op de werkvloer.

Maar Agile is ook een wassen neus. Veel organisaties doen maar wat, klagen de coaches, en ze leggen ons in boeken en blogs uit hoe het wél hoort. Daarentegen mopperen ontwikkelaars ook, maar eerder omdat de adviezen van weleer vastlopen in futloze ceremonies. Wat is er aan de hand? Het Manifesto stond toch voor verstandig afwegen en compromissen maken?

Zeker, maar tegelijk is er ook een lucratieve certificeringsindustrie ontstaan die uit lijfsbehoud vasthoudt aan de letter van de wet. Als Scrum/LeSS/SAFe/Kanban voor jou niet werkt, doe je iets niet goed (wij van wc-eend adviseren wc-eend). Zo lust ik er nog wel één. De medische stand bleef ook eeuwenlang enthousiast aderlaten. Patiënt overleden? Jammer, hebben we nét te weinig adergelaten.

Continue reading

Falen is altijd een optie, mevrouw Holmes

Naar verwachting valt oktober dit jaar het vonnis voor Elizabeth Holmes, voormalig topvrouw van de biotech-startup Theranos. De jury achtte haar schuldig aan meerdere aanklachten van fraude en misleiding. 900 miljoen dollar aan opgehaalde investeringen gingen samen met het bedrijf in rook op. Ze kan maximaal twintig jaar krijgen. Niemand ziet een jonge moeder graag zo lang de cel indraaien, tenzij ze wel heel schaamteloos de wet heeft overtreden. Dat lijkt hier wel gebeurd te zijn. Twee belangrijke klokkenluiders en journalist John Carreyrou van de Wall Street Journal brachten de bal aan het rollen. Tegelijk met het juridisch spektakel volgde zijn boek Bad Blood: Secrets and Lies in a Silicon Valley Startup, de HBO documentaire The Inventor: Out for Blood in Silicon Valley, de serie The Dropout, en een verfilming met Jennifer Lawrence in de hoofdrol is in de maak. Holmes mag nu een tragisch en gehaat figuur zijn, maar dat de affaire zo mediageniek uitpakt heeft ze toch echt zelf in de hand gewerkt. Voor haar ondergang is niemand anders dan zijzelf verantwoordelijk. Ik heb maar beperkt medelijden.

The Inventor – Out for Blood in Silicon Valley (c) HBO Documentary Films
Continue reading

Doorgeschoten vakmanschap

Verscheen eerder als column in SDN magazine

Eind juni gaat naar verwachting de James Webb telescoop in bedrijf. De opvolger van de Hubbletelescoop was dertig jaar in de maak en kostte tien miljard dollar. De software die straks op 1,5 miljoen km van de aarde gaat draaien zal met gekmakend oog voor detail en kwaliteit gebouwd zijn – mag ik aannemen.

Kwaliteit is duur, dus maken we risico-inschattingen en stemmen daar de kwaliteitsbehoefte op af. Hoe groot is de schade als er straks cruciale fouten in de software blijken te zitten? Hoe verkleinen we de kans daarop? Hoe snel kunnen we zulke fouten opsporen en repareren? Bij de Webb telescoop mag het antwoord duidelijk zijn: denk alleen al aan de reputatieschade. Als ernstige bugs einde verhaal kunnen betekenen is een mega-investering in first time right gerechtvaardigd. Voor de meeste andere projecten geldt dat zelden.

Photo by Ono Kosuki through Pexels.com
Continue reading

Het recht om niet (teveel) na te hoeven denken

In drie eerdere blogs op DZone maakte ik een ludieke vergelijking tussen typen programmeurs en de regisseurs Stanley Kubrick (de onverbeterlijke perfectionist), Woody Allen (de gepassioneerde liefhebber) en stripfiguur Guust Flater (de hyperactieve knutselaar). Het ging mij hier om neigingen aan te duiden. Stereotyperingen werken leuk in een tv-serie als The IT Crowd of Nedry in de eerste Jurassic Park film. In het echt zit het alleen maar in de weg en valt er een stuk minder te lachen. De sociaal onaangepaste, geniale workaholic met overgewicht is een cliché. Maar ook al is de blanke, hetero, dertigjarige man het gemiddelde, dat betekent nog niet dat die groep het recht heeft de cultuur te bepalen. Bij mijn laatste bezoek aan JFall viel me op dat we qua diversiteit in gender en etniciteit nog flinke stappen moeten maken in Nederland.

Illustratie van Sandra de Haan
Continue reading

Log4j: de sleutel ligt onder de bloempot

Cybercrime haalt vaak alleen het landelijk dagblad als er een grote vis aan de haak is geslagen, bijvoorbeeld een universiteit die tegen losgeld is lamgelegd. Voor een lekenpubliek kan een journalist dan niet de diepte ingaan. Enerzijds omdat het al snel te technisch en te lang wordt, en anderzijds omdat de omstandigheden vaak in nevelen gehuld zijn. De getroffen partij wil immers niet nog verder in verlegenheid gebracht worden. Veel organisaties hebben hun beveiliging slecht op orde en bij de niet-technische lezer is het al niet veel beter. Hij weet dat hij niet de naam en verjaardag van zijn kinderen als wachtwoord moet nemen, maar veel verder gaat besef van digitale hygiëne niet. Je hebt dus nogal wat uit te leggen.

Continue reading

Hoe breed is jouw dwarsligger?

Ik zie ze regelmatig voorbijkomen: aanvragen voor een full-stack developer. Met de stack (stapel) bedoelen we alle programmeertalen, protocollen en middleware om een volwassen internetapplicatie te bouwen en onderhouden. Een full-stack ontwikkelaar is een digitale duizendpoot die ze allemaal voldoende beheerst. Ooit noemde ik mijzelf ook zo, en in 2001 hoefde dat geen opschepperij te zijn. De destijds populaire LAMP stack (LinuxApacheMySQL en Perl) was nog redelijk behapbaar.

Illustratie: Sandra de Haan
Continue reading

De verzwegen valkuil in Agile: aanpassen is gewoon niet leuk

Geen enkel product van ons menselijk vernuft is zo nuttig of geniaal dat het immuun is voor kritiek. Alles wat wijdverbreid is stuit wel ergens op tegenstand en wetenschappelijk bewezen nut kan een toenemend aantal lieden niet overtuigen. Nee, ik ga het niet over vaccinaties hebben, al zou dat algoritmisch geen slecht idee zijn voor een LinkedIn artikel.

De toepassing van de Agile principes ligt regelmatig onder vuur, in tegenstelling tot de principes. We staan doorgaans nog wel achter het Agile Manifesto, maar grootschalige projecten stranden nog steeds, en softwarekwaliteit is sinds 2001 bepaald niet met sprongen vooruitgegaan. We doen iets niet goed.

Foto van Daniel Xavier via Pexels.com
Continue reading

Een leven lang leren en fouten maken

Ik schrijf liever geen blogs over bloggen, maar sommige collega’s ventileren regelmatig een herkenbare mening waar ik iets over moet zeggen. Het gaat meestal als volgt: de schrijver (veertigplus) ziet het werk als ontwikkelaar niet meer zitten en vraagt zich op basis van eigen anekdotisch bewijs af waarom toch zoveel gedesillusioneerde oudgedienden en masse de overstap richting management nemen. Teleurgesteld dat de kunst van het programmeren geen grote sprongen voorwaarts meer maakt klagen ze dat anderen – niet zijzelf uiteraard – nog steeds dezelfde domme fouten maken. Alsof de geschiedenis zich niet overal en altijd herhaalt.

Een dood spoor? Voor mij nog lang niet! (IJzeren Rijn, bij voormalig station Vlodrop, Limburg)
Continue reading