Afgelopen week nam ik ruw afscheid van Whatsapp met deze woorden:
Om principiële redenen heb ik besloten om Whatsapp niet langer te gebruiken. We hebben de laatste weken kunnen zien welke knieval moederbedrijf Meta heeft gemaakt naar de ultraconservatieve agenda van de nieuwe Trump regering. De diensten van zo’n bedrijf wil ik zo veel mogelijk vermijden. Er zijn betere alternatieven. Je kunt me vinden op Signal.
Sociale media begonnen ooit als sympathiek initiatief om contact te leggen met oude vrienden en nieuwe te maken. Het verdienmodel kwam later wel. Vóór de overname door Facebook (nu Meta) kostte Whatsapp een euro per jaar en verdiende het vooral aan zakelijke accounts.
Meta-baas Mark Zuckerberg doet het anders. Wie Facebook, Whatsapp of Instagram gebruikt mag op Zucks strenge voorwaarden zijn speeltjes gebruiken, in ruil voor scrollen langs advertenties en microshotjes dopamine, toegediend in de vorm van hartjes, duimpjes en volgers. De echte klanten zijn de adverteerders en iedereen die willen weten waar welk demografisch cohort voor warm loopt.

Het kapitalisme heeft geen probleem met zo’n commerciële wolf in schaapskleren. Zo verkoopt Philip Morris nicotineverslaving in de vorm van sigaretten en vapes. Een sigaret van pure tabak zonder toevoegingen schijnt veel te heftig te zijn (het zal wel, ik heb geen eigen onderzoek gedaan). Dus stoppen ze van alles in de stokjes om de arme consument verslaafd te krijgen en te houden.
Maar er is meer aan de hand dan het verdien- en verslavingsmodel van Meta, of de wel heel betrekkelijke vrijheid van meningsuiting volgens Elon Musk. De pioniers van Silicon Valley kwamen voort uit de recalcitrante hippie-cultuur van de jaren zestig, maar hun nakomelingen zijn de lange haren kwijt en hebben ideologisch een scherpe bocht naar rechts gemaakt. Als één man (inderdaad, geen enkele dame) hebben de tech-giganten zich achter de ultraconservatieve agenda van de regering Trump geschaard. Dat was namelijk beter voor hun aandelenkoersen. Maurits Martijn beschrijft in zijn laatste, ontluisterende column over het politiek plutonium dat de regering daarmee in handen heeft. Ja, dat staat op de Correspondent en is niet gratis. Kom ik dadelijk op terug, waarom dat belangrijk is.
Europa heeft al jaren behoefte aan een krachtig Europees alternatief voor de de-facto monopolisten van Amazon, Microsoft, Google, Meta en Apple, maar maakte daar geen haast mee omdat het dacht dat de VS onvoorwaardelijk aan onze kant stonden. Mooi niet dus. Twee woorden maken het urgenter dan ooit: America First. Natuurlijk is niet elk Amerikaans platform een beerput als X. Bluesky is in dat opzicht een verademing, maar ook dat gebruik je op hun in essentie ondemocratische voorwaarden. Uiteindelijk geldt daar ook our way or the highway.
Waarom komt een concurrerend Nederlands, desnoods Europees, open alternatief voor de grote platforms zo lastig van de grond? Omdat zo’n hoogwaardige dienst niet gratis kan zijn. Medewerkers die handmatig de ergste drek eruit filteren kosten geld. Gebruikers zijn niet gewend om te betalen voor nieuws en een kletskanaal, maar wel om doodleuk hun privégegevens aan de hoogste bieder te laten verpatsen in ruil voor het niet hoeven ophoesten van die rottige euro in de maand.
Genoeg gemopperd. Op LinkedIn (ook Amerikaans, ik weet het) blijf ik nog wel even hangen. Ik wil tot slot uitleggen waarom ik besloten heb meer in het Nederlands te schrijven. Ik heb veel in het Engels geblogd en soms bereikte ik daar veel lezers mee. Maar als ik wil reageren op de actualiteit wil ik kunnen steunen op een gedeelde ervaring. En die heb je niet bij internationale lezers als het over dit kikkerlandje gaat.
Amerikanen zijn in de luxepositie dat de hele wereld hun presidenten kent en weet wat Thanksgiving, Fourth of July en Manhattan betekenen. En dat mogen ze lekker in hun moedertaal doen. De rest past zich wel aan. Maar ik moet Marjolein Faber, Sinterklaas, 5 mei of de Euromast eerst van context voorzien als ik in het Engels schrijf. Ga ik als amateurschrijver correspondent Nederland spelen voor een denkbeeldige lezer buiten Europa? Zie ik niet zo zitten. En als je hier al jaren woont, werkt en desondanks geen Nederlands verstaat? Ik was 43 toen ik met celloles begon. Nooit te oud om te leren.