Incasserings- en improvisatievermogen: voor mij zijn het twee belangrijke aspecten van vakmanschap, ook in de software. Je moet jezelf staande kunnen houden te midden van onvoorspelbare tegenslag. Dat is incasseren. Improviseren betekent dat je moet leren welke regels hard zijn en welke optioneel en rekbaar. Laat ik een muzikaal voorbeeld geven.
Niemand kon vermoeden dat hij het bestverkochte soloalbum ooit ging opnemen. Zeker Keith Jarrett zelf niet, toen hij op 24 januari 1975 achter de piano ging zitten voor een uitverkochte zaal van de Keulse opera. Maar de vijf lange improvisaties die hij het volgende uur uit zijn instrument toverde maakten The Köln Concert tot een legendarisch album.

En dat terwijl bijna alles misging wat mis kon gaan. Jarrett kwam vermoeid aan na een lange rit uit Zürich, slecht uitgeslapen en met stevige rugpijn. De beloofde Bösendorfer concertvleugel was er niet. De stemmer moest in ijltempo aan de gang met een vals exemplaar dat alleen gebruikt werd voor repetities. Met amper tijd om te eten had Keith er nauwelijks nog zin in. Maar er zat een uitverkochte zaal op hem te wachten, en je houdt nu eenmaal van je vak of niet.
‘Dan maak je maar zin’, horen we al generaties lang van onze moeders en leraren. Wat moet, dat moet, of je ’t leuk vindt of niet. Zin hebben als voorwaarde om aan de slag te gaan is het kenmerk van de amateur. Ik kom niet ’s nachts mijn bed uit om een spectaculaire zonsopgang in de Ardennen te kieken. Geen zin in. Dat maakt mij een amateurfotograaf, ondanks al die professionele spullen.
Toneelacteurs hebben er ook niet elke avond zin in, maar vaklui just do it. Die zitten niet te wachten op inspiratie. Keith Jarrett zat vermoeid, hongerig, met pijn en waarschijnlijk met flink wat irritatie achter de toetsen. Maar hij begint te spelen en even later hoor je zijn vreugdekreten bij elke nieuwe geniale inval. De rammelende organisatie en zijn tegensputterende lichaam lijkt hem niet te deren.
Ik heb nog nooit een organisatie meegemaakt waar alles goed geregeld was en gladjes verliep. Ik heb nog nooit in een team gezeten zonder disfunctionerend gedrag van tenminste een paar mensen. Ik heb nog nooit perfect gedocumenteerde software gezien, zonder slordigheden en stoplappen. Frictie is de regel, chaos niet uitzonderlijk. En een gebruiksvriendelijke site om je declarabele uren in te registreren: kansloos. Elk gelikt product straalt alleen aan de buitenkant perfectie uit. Je moest eens weten hoeveel virtuele plakband erin en erachter steekt.
We willen graag dat anderen zich aan de regels houden en hebben intussen niet door hoe we zelf maar wat aanrommelen. Maar niet alle regels zijn gelijk. Je hebt afspraken en wetmatigheden. De ene soort is buigzaam, de ander heb je maar te slikken.
The Köln Concert werd zo populair omdat de muziek voor een jazz-improvisatie erg toegankelijk is. Jarrett rommelt niet zomaar wat aan, dat hoor je meteen. Als geschoold klassiek pianist zijn de muzikale regels tweede natuur voor hem. Wat zijn dat eigenlijk voor regels?
Je hebt regels die zeggen hoe het hoort en regels die uitleggen hoe het is, hoe de natuur in elkaar zit. Harmonieleer verklaart hoe sommige frequenties goed samenklinken vanwege hun mathematische verhoudingen, net als de gulden snede uit de beeldende kunst en architectuur. Maar elk muziekgenre kent ook veel ongeschreven voorschriften die puur een kwestie van gewenning en smaak zijn. En de klassieke muziek is aartsconservatief, ondanks dat elke nieuwe generatie componisten de grenzen opzoekt. Jarrett laveert geniaal tussen regels en weten. Hij weet hoe het zit, maar speelt niet altijd zoals het hoort en jodelt er lekker doorheen.
Onze reactie om een rommelige werkelijkheid op orde te krijgen is de roep om meer regels en afspraken, terwijl we eigenlijk wars zijn van dwingende voorschriften. Dat paradoxale gedrag zie je in de politiek. We willen een overheid die krachtdadig optreedt tegen anderen, maar ons niet betuttelt.
Zo ook in de software. Ik zie de laatste jaren steeds meer scepsis en zelfs weerzin tegen het onverminderd populaire Scrum. Dat is niet altijd terecht, maar als ervaren vaklui zich roeren moet je wel luisteren en niet komen met de dooddoener ‘Als Scrum niet werkt voor jou dan doe je het niet goed’. Wat volgens mij in ieder geval nooit werkt is een mechanistische toepassing ervan, een stappenplan naar succes. Een handleiding van twintig pagina’s (The Scrum Guide) kan nooit de wonderolie kan zijn die elke machine gesmeerd houdt. Het is een set bruikbare, maar wel generieke afspraken, die niets zeggen over verschillen in ervaring, temperament en verborgen agenda’s. De realiteit is dat we met een divers team binnen een organisatie met vaak conflicterende belangen iets nieuws en lastigs proberen te bouwen. En dat vraagt geduld en flexibiliteit.